Meters maken nu het nog kan

Het leek zo leuk, lekker in de open lucht op het strand naast de kano slapen. Maar we hebben geen oog dicht gedaan! Zandvlooien. Vrij grote, onschuldige maar heel erg hinderlijke hoogspringertjes die in het vochtige zand rondspringen. En weer neerkomen, bij voorkeur in het kleine stukje gezicht, oor of haar dat nog net boven de slaapzak uitkomt…

Daarom van de nood maar een deugd gemaakt en al om 4 uur gaan inpakken, een vroege start. Het getij is goed, de wind zwak. We willen meters maken nu het kan. We hebben gezien hoe het kan zijn aan de Deense kust. En dat was nog maar windkracht 4. Het mooie stabiele weer van de afgelopen weken kan elk moment voorbij zijn. En we zitten niet graag vast op het Deense strand…

Rune draait zich nog even om en gaat op pad als zijn spullen door de zon zijn opgedroogd. Dus we vertrekken alleen met zijn twee in de boot richting het idyllische havenplaatsje Torsminde.

Het is een prachtige tocht. Heel weinig wind, de zon die langzaam steeds sterker wordt en de stroom die we mee hebben. Opeens valt de wind helemaal weg en de zee is zo glad als een spiegel. En op dat moment, het wonder dat we niet meer hadden verwacht. Heel langzaam en sierlijk komt een zwarte vin boven het wateroppervlak, gevolgd door nog een vin en dan verdwijnen ze weer. En dit gebeurt nog enkele malen. Het is een zeezwijntje of bruinvis, behoort tot de tandwalvissen. Het is het kleinste zeezoogdier van onze zoute wateren. Zo mooi, zo rustgevend. Die bruinvis zwemt daar speciaal voor ons, zo lijkt het. Prachtig dat we dit zien! Onze dag is helemaal geslaagd!

En het geeft niets dat Torsminde veel idyllischer klinkt, dan het in het echt blijkt te zijn, later op de dag. Dat maakt ons niets meer uit, we hebben ‘de vis’ gezien!

Na de lunch bij Torsminde schrikken we even. Het lijkt erop dat we moeten wachten. We moeten door een kleine doorgang van de haven naar de zee, waarin een sterke tegenstroom staat. Toch gaan we ervoor en dankzij  Rick’s wildwater-ervaring komen we goed door deze heftige ‘corridor’ van tegenstroom heen. We varen eerst naar de keerstroom onder de brug en liggen zo in balans, met de punt van de kano vlakbij het snel instromende water. Met volle kracht traverseren we de stroom in, de kano licht gekant naar de stroom toe. En met een korte krachtsinspanning ontsnappen we aan de sterke stroom in de opening en varen we de zee weer op.

Op zee hebben blijkt de stroming sterk tegen, dus we nemen pauze en gaan vanavond als het tij weer keert, op pad. Want we willen meters maken nu het nog kan…..